Exploitatie

Laatste update: 2020-02-15

Bij de exploitatie wordt een dag/nacht ritme aangehouden. De tijd loopt 4x zo snel als in werkelijkheid: 1 uur modeltijd is 15 minuten in werkelijkheid.

 

Alle treinen zijn verdeeld in goederen- en personenvervoer, daarnaast in dagtreinen en nachttreinen. Deze groepen hebben eigen sporen in het schaduwstation (de "tuin") toegewezen. 

Vanuit het Schaduwstation wordt elke 12 (model)minuten een trein weggestuurd. De keuze welk spoor wordt gekozen, ligt vast in een schema (dienstregeling) en hangt van de tijd van de (model)dag af. Omdat een gemiddelde route van een trein zo'n 15 tot 20 echte minuten duurt, rijden er normaal gesproken zo'n 6-10 treinen tegelijk.

 

Ook de diverse verlichting, de molen en de draaimolen hebben hun eigen inschakel- en uitschakeltijdstippen.

Dienstregeling

 

Hiernaast staat de huidige dienstregeling.

Voor elk type zijn de toegwezen blokken in het schaduwstation vermeld. 

Daarbij staan de acties, die in het MPC programma worden aangestuurd. 

Treinen van type 4 zijn regionale stoptreinen: DDM-2, Koploper en Hondekop.

 

Naast deze "dienstregeling" rijden er treinen vanuit Heerlen, Maastricht en Schin op Geul, die pendelen, d.w.z. om de beurt gaan. Zie hieronder bij het rijden volgens vaste paden.

Rijden op route

Rijden op route betekent, dat de trein een verzameling van blokken heeft opgekregen, waaruit hij kan kiezen. Daarin zitten vaak alternatieve mogelijkheden. Zo kunnen sommige treinen in Sittard kiezen of ze richting Heerlen of richting Maastricht gaan. 

 

Voor elk blok kan worden bepaald of een trein daar zal stoppen en zo ja, hoe lang. Ook kan een trein het linker spoor van een dubbelspoor kiezen, wanneer het rechter bezet is, en, uiteraard, wanneer dit gehele spoor vrij is in de tegenrichting.

 

Hiernaast een schema van de ingestelde routes.

Rijden op vaste paden

Rijden op vaste paden (in MPC Fahrstraßen genoemd, rijwegen in het Nederlands) betekent, dat de trein exact de weg volgt, die op volgorde is voorgeschreven. Zie onderstaand schema.

 Zo rijden de regionale stoptreinen (zwart) vanuit het schaduwstation via Sittard naar Maastricht, daarna naar Valkenburg en Schip op Geul door naar Heerlen en van Heerlen weer terug naar Sittard en het schaduwstation. De volgende keer wordt de route in omgekeerde volgorde gereden. Vandaar, dat de pijlen in beide richtingen staan.

 

Een van deze treinen (de Hondekop), maakt van Heerlen nog een extra slag naar Kerkrade en terug.

 

Een andere combi (rood), de Eurobahn Flirt en de DB 218 met Silberlinge, staat opgesteld in Heerlen,  en gaat van daar via het buitenland naar Maastricht en verder met een slag naar Sittard om terug te keren naar Heerlen, en vervolgens dezelfde weg weer terug. 

De Talent en de Wadloper (groen) hebben depot in Maastricht en pendelen om de beurt vandaar over Valkenburg, Schin op Geul naar Heerlen en door naar Sittard. Van Sittard dan weer rechtstreeks terug naar Maastricht. Vervolgens nog een ropndje de ander kant uit.

 

De beide GTW's van Veolia (paars) nemen de Heuvelland route van Maastricht naar Valkenburg en Schin op Geul, en van daar door naar Heerlen en Kerkrade. En uiteraard weer dezelfde weg terug.

 

Dan zijn er nog de museumtreinen van de ZLSM (blauw) , die vanuit Schin op Geul eerst Valkenburg aandoen en dan naar Schin op Geul via de Miljoenenlijn naar Kerkrade gaan. Alleen de Railbus gaat ook nog door naar Heerlen en dan weer terug. Uiteraard dezelfde weg weer terug.

 

Tenslotte, de trams, die in de vroege ochtend de remise verlaten en rondrijden langs Sittard, Heerlen, Kerkrade en Maastricht. Alle blokken hier zijn hulpblokken, zodat er steeds maar één tram tegelijk van halte naar halte rijdt. Rond middernacht zoeken ze de remise weer op. Ook de posttrein heeft een vaste rijweg tussen de postdepots.

Beveiliging

Vanzelfsprekend worden alle rijwegen beveiligd door het beveiligingssysteem; een bezet blok kan niet door een andere trein binnen gereden worden. Zoals bij Besturing gemeld zijn alle dubbele sporen als dubbel-enkelspoor uitgevoerd. Dat betekent, dat de eerste trein, die toegang krijgt tot zo'n reeks van blokken (alleen indien niet bezet in tegenrichting), de toegelaten rijrichting op dat moment vastlegt. Van de andere kant is inrijden dan onmogelijk, ook al is het blok nog vrij.

 

Zie voor de beveiliging verder bij Besturing.